Concept wetswijziging: verlies latente ruimte natuurvergunning

Sector: Agrarisch

Het kabinet is bezig met de voorbereiding van een wetsvoorstel die behoorlijk veel impact kan hebben op jouw bedrijf. Deze wijziging moet ervoor zorgen dat de doelstelling om stikstof te reduceren van 2035 naar 2030 gaat. Daarnaast wordt intern salderen vergunningplichtig in het wetsvoorstel. Ook heeft het kabinet het voornemen om het gebruik van latente ruimte in te perken. De invoering van de wet is nog onzeker, maar áls deze erdoor komt, is het slim om hier tijdig op in te spelen. We vertellen je over de mogelijke consequenties voor jouw bedrijf en de vergunningsmogelijkheden.

 

Intern salderen weer vergunningplichtig

Door de Spoedwet aanpak stikstof, die sinds januari 2020 geldt, is intern salderen niet meer vergunningplichtig onder de Wet natuurbescherming (Wnb). Dat had als onbedoeld neveneffect dat de Provinciale beleidsregels voor salderen niet meer van toepassing zijn bij intern salderen. Daardoor kun je op dit moment latente ruimte – ongebruikte ruimte in vergunningen – nog benutten. Hierdoor neemt de feitelijke stikstofemissie en -depositie toe. En dat vindt het kabinet, gezien de doelstelling van een emissiereductie van 50% in 2030, niet gewenst.

Het wetsvoorstel van het kabinet zegt dat ‘intern salderen’ vanaf 1 januari 2024 weer vergunningplichtig wordt. Tegelijk met de voorgenomen inwerkingtreding van de Omgevingswet. In het wetsvoorstel zelf staan geen regels als het gaat om de latente ruimte, maar de Omgevingswet biedt de minister en provincies wél ruimte om zelf (beleids)regels op te stellen. Op dit moment hebben provincies bijvoorbeeld al beleidsregels voor latente ruimte van niet-gerealiseerde capaciteit bij het toepassen van extern salderen.

 

 

Categorieën latente ruimte

Voor welke categorieën gaat de vergunningsplicht met beperkende regels voor intern salderen waarschijnlijk gelden?

  1. Voor situaties met geheel of gedeeltelijk niet-gerealiseerde stikstofruimte (latente ruimte) in de bestaande vergunning. Het kan gaan om niet gebouwde onderdelen én om gebouwde, maar niet volledig gebruikte onderdelen van je vergunning.
  2. De stikstofruimte die ontstaat door het wijzigen van een bestaande deelactiviteit en die je meteen weer gebruikt voor het opstarten of wijzigen van een andere deelactiviteit op je bedrijf.
  3. De ruimte die ontstaat door het verplicht toepassen van een emissiereducerend systeem. De vrijgekomen stikstofruimte mag je dan niet zomaar gebruiken voor de uitbreiding van activiteiten.
  4. Wanneer een vergunning niet in zijn geheel wordt uitgevoerd, bijvoorbeeld doordat je de stallen nu voor opslag gebruikt, dan moet de vergunning kunnen worden ingetrokken.

Het kabinet heeft bovengenoemde beperkingen nog niet nader onderbouwd in het wetsvoorstel.

Overgangsrecht

Als de overheid nieuwe wetten opstelt, staat er vaak zogenaamd overgangsrecht in de wet. Dit recht regelt hoe de bestaande rechten of lopende aanvragen worden ingepast in de nieuwe wetgeving.

Hoe zit het in dit wetsvoorstel met het overgangsrecht? Ben je al vóór inwerkingtreding van de nieuwe wet (waarschijnlijk dus 1 januari 2024) begonnen met de wijziging van een stikstofemitterende activiteit? Dan hoef je hier volgens het wetsvoorstel geen Wnb-vergunning voor aan te vragen. Deze wijziging moet je dan wel afdekken met zowel een milieu- als bouwtoestemming. Bovendien moet je al met de feitelijke werkzaamheden zijn begonnen. In deze situatie heb je dus niet te maken met het vervallen van latente ruimte.

Nu actie?

Zijn er wijzigingen op jouw bedrijf die je nog niet hebt vastgelegd bij de gemeente? Dan is het wellicht verstandig om dit voor 1 januari 2024 te regelen. Dit is niet in alle situaties makkelijk te realiseren. We geven je een aantal voorbeelden:

  1. Je hebt een Wnb-vergunning en milieumelding voor 100 melkkoeien en 100 stuks jongvee. Je wilt 30 stuks jongvee omruilen voor 10 melkkoeien, of je hebt dat al gedaan. Dat past binnen de bestaande stal(len) en het geeft geen verhoging van emissie/depositie. Onder de huidige regelgeving mag dit Wnb-vergunningsvrij. Je moet wel vóór 1 januari 2024 een melding Activiteitenbesluit indienen bij de gemeente. Je moet dan wel met een Aerius-berekening aantonen dat deze wijziging inderdaad geen toename van stikstofdepositie veroorzaakt op Natura 2000-gebieden. Deze berekening kun je meesturen naar de gemeente.
  2. Je hebt een Wnb-vergunning, omgevingsvergunning beperkte milieutoets (OBM) en melding Activiteitenbesluit voor 75 paarden en 20 opfokpaarden. Je wilt 10 paarden omruilen voor 23 opfokpaarden (depositieneutraal). Dit is intern salderen en nu dus nog Wnb-vergunningsvrij. Wil je dat vastleggen vóór 1 januari 2024? Dan moet je een melding Activiteitenbesluit doen en een OBM aanvragen. Deze omgevingsvergunning kan normaal gesproken binnen 8 weken worden verleend. Zolang je geen toename van stikstofdepositie hebt, is er sprake van intern salderen en kan de gemeente de OBM verlenen. Maar houd er rekening mee dat als de Wnb-vergunning onverhoopt aanhaakt, de gemeente een half jaar de tijd mag nemen om de vergunning te verlenen.
  3. Je hebt een Wnb-vergunning en een OBM-vergunning voor 1.500 vleesvarkens (in 2 gelijke stallen). De stallen zijn emissiearm en uitgevoerd met het IC-V+ systeem. Je gaat 1 stal voorzien van een luchtwasser. De ammoniakreductie vul je op met extra varkens. Je kunt dan meer dan 2.000 vleesvarkens houden. Binnen de Wnb valt dit onder intern salderen. Maar wil je onder het overgangsrecht vallen? Dan moet de milieuvergunning zijn verleend én moet de bouw zijn gestart voor 1 januari 2024.

Kanttekening

Omdat emissiearme stalsystemen onder vuur liggen bij de Raad van State hebben de meeste provincies aangegeven te wachten op de handreiking vanuit het ministerie voor vergunningverlening van de systemen. Deze handreiking wordt niet eerder dan halverwege dit jaar verwacht. Houd er rekening mee dat het daardoor moeilijk zal zijn om alle vergunningen voor 1 januari 2024 te realiseren.

Overigens geldt voor de emissiearme stalsystemen waarover de Raad van State uitspraak heeft gedaan, dat er voor deze systemen een passende beoordeling moet worden gedaan, waardoor er ook sprake is van een vergunningplicht. Dit gaat vooral om vloeren voor melkkoeien.

Wat betekent het concreet voor jou?

De concept wetswijziging zal bij (ongewijzigde) invoering vanaf 1 januari 2024 zorgen voor een forse beperking van ontwikkelingsmogelijkheden. Het is dan ook van belang om eventuele wijzigingen op jouw bedrijf zo snel mogelijk vast te leggen via een melding Activiteitenbesluit en/of met een OBM.

Meer weten?

Heb je plannen om je bedrijf te ontwikkelen of wil je de aan jou verleende Wnb-vergunning vastleggen bij de gemeente? Neem dan tijdig contact met ons op om de mogelijkheden hiervan door te spreken. Wij helpen je graag verder!

Neem contact op met Annewies de Haan

Neem contact op met Annewies de Haan

Jurist | Adviseur Ruimtelijke Ordening en Milieu

Scroll naar boven