
Neem contact op met Ginet Ballast-Schultz
Adviseur Ruimtelijke Ordening en Milieu
Ben je eigenaar van een springstal, dressuurstal, trainingsstal, manege of pensionstal? Dan is jouw paardenhouderij gericht op het trainen, berijden en uitbrengen van paarden of pony’s in de sport. Ook dan krijg je te maken met verschillende regels. In dit artikel lees je welke verplichtingen er voor jou kunnen gelden en wanneer je wel of geen actie hoeft te ondernemen.
Paarden en pony’s die je houdt voor het trainen, berijden of uitbrengen in de sport vallen niet onder het begrip landbouwhuisdieren. Dat betekent dat jouw bedrijf niet onder de milieuregels valt die gelden voor productiegerichte paardenhouderijen, zoals fokbedrijven.
Wel geldt er een informatieplicht zodra je 6 of meer paarden of pony’s houdt. Heb je er minder dan 6? Dan hoef je niets te doen.
Ongeacht of je paarden fokt, berijdt, traint of africht, moet je rekening houden met de stikstofuitstoot in Natura 2000-gebieden. De gewenste aantallen paarden en pony’s moet je invoeren in de Aerius Calculator. De uitkomst van die berekening bepaalt of je naast de informatieplicht een natuurvergunning moet aanvragen. De provincie is hiervoor het bevoegd gezag.
Combinaties komen veel voor in de paardensector. Heb je bijvoorbeeld een trainingsstal en houd je op dezelfde locatie ook fokmerries? Dan verandert je situatie. Fokmerries vallen namelijk wel onder het begrip landbouwhuisdieren. Afhankelijk van het aantal dieren heb je in zo’n geval een informatieplicht en een melding of zelfs een vergunning nodig. Meer informatie hierover lees je in het artikel Vergunningen paardenhouderij: heb je je vergunningen op orde?
Niet alleen het aantal dieren telt mee. Als je de indeling van je bedrijf aanpast, bijvoorbeeld door paardenboxen of de stro-opslag te verplaatsen, moet je dit melden bij het bevoegd gezag. De milieuregels hebben namelijk ook betrekking op de inrichting van je bedrijf.
De regels rondom vaste mestopslagen zijn afhankelijk van de wijze van opslaan, de grootte van je mestopslag en of je wel/geen landbouwhuisdieren houdt. Hieronder staan de regels waar je aan moet voldoen:
Korter dan 2 weken op 1 plek
Bij het opslaan van vaste mest, korter dan 2 weken op 1 plek, hoef je dit niet door te geven aan het bevoegd gezag.
Mestopslag < 3 m³
Sla je minder dan 3 m³ mest op? Dan hoef je dit niet door te geven bij het bevoegd gezag.
Mestopslag > 3 m³
Is je mestopslag groter dan 3 m³? Dan heb je te maken met deze regels:
Mestopslag > 600 3 m³:
Bij het opslaan van meer dan 600 3 m³ moet je een milieuvergunning aanvragen.
De meeste gemeenten vragen om een actuele milieutekening van jouw bedrijf. Deze moet je ook indienen. Op de milieutekening wordt onder andere gekeken naar:
Sinds de invoering van de Omgevingswet moet je over vergunningsplichtige activiteiten (zoals meer dan 50 fokmerries of meer dan 600 m³ mestopslag) legeskosten betalen. De hoogte van deze legeskosten verschillen per gemeente.
Hoewel de hoofdlijnen van de regelgeving helder zijn, geldt: elke situatie is uniek. Gemeenten kunnen beleid en interpretaties verschillend toepassen, vooral als het gaat om geur- of geluidsoverlast. Laat je daarom goed adviseren als je twijfelt of iets moet melden of aanvragen.
Wil je weten welke regels voor jouw situatie gelden? Of twijfel je of je paarden onder het begrip landbouwhuisdieren vallen? Neem dan contact op met Ginet of Kristel. Zij denken graag met je mee.
Adviseur Ruimtelijke Ordening en Milieu